Wat is een posttraumatische-stressstoornis?
Veel mensen maken tijdens hun leven een schokkende gebeurtenis mee, waarna ze kortdurend posttraumatische stressklachten hebben; dit is een gebruikelijke reactie. De meeste mensen kunnen een schokkende gebeurtenis goed verwerken met steun van de omgeving, maar 10% van hen ontwikkelt PTSS (een posttraumatische-stressstoornis). Ook kinderen en jongeren kunnen PTSS ontwikkelen. Wat betekent PTSS? PTSS is een afkorting voor posttraumatische-stressstoornis: 'Post' betekent 'na', ‘Traumatisch' betekent dat je een schokkende gebeurtenis hebt meegemaakt, 'Stress' betekent spanning of druk, 'Stoornis' betekent dat je een of meerdere psychische klachten ervaart die je functioneren in het dagelijks leven in de weg staat. Je ervaart dus psychische stressklachten die zijn gekomen nadat je een schokkende gebeurtenis hebt meegemaakt, en die je dagelijks leven verstoren. Je hebt PTSS als het je niet lukt om de schokkende gebeurtenis te verwerken en hier last van blijft houden.
Met dank overgenomen van:-wijzijnmind.nl
Wilt u graag eens met iemand praten?
Wij staan voor u klaar en reiken u graag de hand.
Als je last hebt van PTSS, kan je te maken hebben met de volgende klachten:
Herbeleving
• Bij herbeleving lijkt het alsof je de traumatische gebeurtenis opnieuw meemaakt. Je ziet, ruikt, hoort, proeft en voelt alles weer zoals toen het gebeurde.
• Je hebt nachtmerries en slaapt onrustig.
• Je hebt herinneringen aan de gebeurtenis die steeds weer terugkomen.
• Wanneer je aan de gebeurtenis denkt, krijg je hartkloppingen, ga je trillen en zweten en kun je niet goed meer ademhalen. Je voelt je verlamd van angst.
Vermijding
• Bij vermijding ga je alles uit de weg wat aan de traumatische gebeurtenis doet denken. Zo bescherm je jezelf tegen de heftige emoties. Je ‘vergeet’ de hele gebeurtenis of bepaalde momenten eruit. Dit heet verdringing.
• Je voelt soms helemaal niets meer en doet alles op de automatische piloot.
• Je ontkent wat er is gebeurd en vlucht ervoor weg door bijvoorbeeld keihard te werken of veel te drinken.
• Je wilt niet praten over wat er is gebeurd en sluit je af voor de mensen om je heen.
Gedrag en gevoelens
• Je voelt je voortdurend gespannen en ‘opgefokt’.
• Je verliest snel je geduld en bent snel boos.
• Je hebt last van plotselinge huilbuien.
• Je schrikt snel en bent overgevoelig voor elke onverwachte situatie of gebeurtenis.
• Je zoekt gevaarlijke situaties op; je gaat bijvoorbeeld veel te hard rijden.
• Je gebruikt verdovende middelen zoals drugs en alcohol.
• Je bent somber, vindt niets leuk of interessant.
• Je voelt je schuldig aan het gebeurde en maakt jezelf verwijten: ‘Dan had ik maar niet…’
• Je voelt je minderwaardig.
• Je kunt je slecht concentreren.
• Je bent doodmoe, maar kunt toch moeilijk inslapen of doorslapen.
Lichamelijke gevolgen
• Je krijgt hartkloppingen.
• Je begint met trillen.
• Je begint te zweten.
• Je krijgt ademhalingsproblemen.
• Je voelt je verlamd van angst.
Of je PTSS krijgt, hangt af van:
• de soort gebeurtenis
• hoe erg het was
• hoe lang het duurde.
• en hoe machteloos en bang je je voelde.
Schokkende ervaringen die je alleen meemaakt, zoals een verkrachting of overval, blijken moeilijker te verwerken dan een gebeurtenis waar veel mensen bij betrokken waren, zoals een vliegramp.
Belangrijk is ook of de schokkende gebeurtenis één keer of vaker is voorgekomen. Voorbeelden van eenmalige trauma’s zijn een auto-ongeluk, een inbraak of de plotselinge dood van een geliefde. Schokkende ervaringen die vaker voorkomen zijn onder meer incest, mishandeling en oorlogservaringen. Schokkende gebeurtenissen die lang duren of die steeds opnieuw voorkomen, blijken moeilijker te verwerken.
Hoe was de opvang?
De opvang na de schokkende gebeurtenis is erg belangrijk. Heb je veel steun gekregen van mensen in je omgeving? Kreeg je voldoende gelegenheid om over je ervaringen te vertellen? Had je het gevoel dat de mensen je begrepen? Kon je altijd terecht bij iemand die je vertrouwde? Hoe beter de opvang is, des te beter de verwerking.
Hoe is je persoonlijkheid?
Mensen die goed over hun gevoelens kunnen praten, lopen minder kans op PTSS dan mensen die gesloten en verlegen zijn. En mensen met een optimistische levensinstelling verwerken een schokkende gebeurtenis makkelijker dan mensen die pessimistisch zijn. Dat geldt ook voor mensen die gemakkelijk steun kunnen accepteren. Het helpt ook wanneer je kunt accepteren dat je je na een schokkende gebeurtenis een paar weken angstig en somber voelt.
Hoe kijk je op de gebeurtenis terug?
De betekenis die de gebeurtenis heeft, is van invloed op je verwerkingsproces. Sommige mensen gaan hun leven door de schokkende gebeurtenis extra waardevol vinden. Of ze bedenken hoeveel geluk ze nog hebben gehad in vergelijking met andere mensen. Zulke gedachten maken de verwerking van de gebeurtenis gemakkelijker. Omgekeerd kunnen bepaalde ideeën de verwerking moeilijker maken. Een voorbeeld is als je ervan overtuigd bent dat het ongeluk altijd juist jou treft.
Voor PTSS zijn verschillende behandelingen. Welke behandeling voor jou het beste is, hangt af van je klachten en van wat je zelf wilt. Bespreek met je huisarts welke manier voor jou het beste is.
Psychotherapie en PTSS
Psychotherapie helpt goed bij PTSS. Bij 80% van de mensen worden de klachten minder. In een veilige omgeving ‘herkauw’ je de schokkende gebeurtenis. Door er veel over te praten slijten de bijbehorende emoties. Je ervaringen krijgen zo langzaam een ‘gewone’ plaats in je leven. Je bepaalt zelf hoeveel je over je ervaringen kwijt wilt. Zo houd je zelf de controle. Je kunt individueel of in een groep psychotherapie krijgen. Ook je eventuele partner kan bij de behandeling worden betrokken.
EMDR en PTSS
EMDR (Eye Movement Desensitization and Reprocessing) wordt regelmatig gebruikt als behandeling voor PTSS. Het is een bewezen effectieve therapie die kan worden toegepast bij het verwerken van nare en ingrijpende ervaringen. Door middel van EMDR neemt de kracht en emotionele lading van een nare herinnering af.
Bewegen en PTSS
Bewegen kan een goede invloed hebben op je PTSS klachten. Mensen met PTSS ervaren vaak lichamelijke klachten. Om zo min mogelijk te voelen, kan je je verbinding met je lichaam uitzetten. Bewegen helpt om op een positieve manier die verbinding weer te voelen. Ook is het een goede afleiding, ervaar je minder angst en slaap je vaak beter.
Medicijnen en PTSS
Soms schrijft je huisarts je naast de behandeling medicijnen voor. Meestal zijn dat antidepressiva. Deze medicijnen helpen je gevoelens van ontreddering en somberheid te verminderen. Het duurt even voordat ze het gewenste effect hebben.
Eventueel schrijft de huisarts nog andere medicijnen voor, totdat de antidepressiva gaan werken. Dat kunnen kalmerende middelen of slaapmiddelen zijn. Ze helpen tegen slapeloosheid, angstgevoelens, spanning en onrust. Deze medicijnen werken meteen. Je hoeft ze meestal maar kort te slikken.
Alle voorgeschreven medicijnen hebben tot doel je door een moeilijke periode van je leven te helpen. Ze kunnen geen behandeling vervangen.
Stimuleer om hulp te zoeken
Veel mensen die een schokkende gebeurtenis hebben meegemaakt, voelen zich erna gespannen, moeten er veel aan denken of dromen erover. Dit gaat in de meeste gevallen vanzelf over. Blijft jouw naaste erg angstig of heeft hij of zij klachten die (mogelijk) passen bij PTSS? Bespreek jouw zorg, geef aan dat de ander er niet alleen voor staat en stimuleer om hulp te zoeken. Misschien wil hij of zij het liefst vermijden om erover te praten. Weet dat dit hoort bij de PTSS en dat er behandelingen bestaan die echt kunnen helpen. Naar de huisarts gaan is een eerste stap om professionele hulp te vragen. De huisarts kan ondersteunen en doorverwijzen voor passende hulp. Jouw naaste kan het als steunend ervaren als jij meegaat naar deze afspraak.
Krijg inzicht in PTSS
Door je te verdiepen in de achtergronden, de symptomen en de aanpak van PTSS, leer je meer over wat het inhoudt en zal je jouw naaste wat beter begrijpen. Dit helpt je om er beter mee om te gaan. Bij sommige behandelingen worden er voorlichtingsbijeenkomsten aangeboden voor naasten.
Ga met elkaar in gesprek
Voor veel mensen met PTSS is het lastig om te praten over wat ze hebben meegemaakt, omdat ze vaak denken dat wat er gebeurd is hun eigen schuld is, het te pijnlijk is of omdat ze bang zijn om niet begrepen te worden. Dring niet aan, maar biedt de ander ruimte om zijn of haar verhaal met jou te delen. Neem het verhaal van jouw naaste altijd serieus en luister met aandacht, ook al heb je het verhaal al vaak gehoord. Erover praten en begrepen worden is erg belangrijk. Neem ook schuldgevoelens serieus, al vind je ze nog zo onterecht. Hierover praten, kan namelijk helpen in het verwerkingsproces. Stel vragen zonder je op te dringen. Houd je woordkeuze neutraal en geef geen oordeel. Door aan te sluiten bij de woorden die jouw naaste zelf gebruikt, voelt hij of zij zich eerder begrepen. Bagatelliseer de gevoelens en gedachten niet. Vraag bijvoorbeeld wat het voor hem of haar betekent zich zo te voelen. Zeg geen dingen als: ‘Probeer het maar gauw te vergeten’. Maak geen grapjes over de gebeurtenis en geef geen ongevraagde adviezen. Vraag in plaats daarvan wat de ander van jou verwacht en waarbij je kan helpen.
Schep vertrouwen
Veel mensen met PTSS vinden het lastig om de wereld of mensen om hen heen weer als veilig te ervaren. Jij kan daarin helpen door je aan afspraken te houden, door wat aan jou in vertrouwen is verteld niet verder te vertellen en door zelf eerlijk te zijn. Help jouw naaste weer vertrouwen in zichzelf op te bouwen, doordat hij of zij weer het gevoel van controle over zijn of haar eigen leven krijgt. Neem daarom niet ongevraagd zorg uit handen en laat de ander zelf bepalen wat het beste is om te doen.
Vermijd de stoel van hulpverlener
Hoewel het goed is om jouw naaste te ondersteunen, betekent dat niet dat jij op de stoel van hulpverlener moet gaan zitten. Het is goed om op jouw manier te helpen en te steunen, maar neem geen taken over die eigenlijk bij de hulpverlening horen. Hulpverleners zijn hiervoor opgeleid en zo houd jij jouw relatie met je dierbare gezond. Bovendien zou je hiermee een veel belangrijkere rol opgeven, bijvoorbeeld die van broer of partner.
Stel verwachtingen bij en accepteer
Heb geduld! De gevolgen van een schokkende gebeurtenis kunnen maanden doorwerken en iemand is daar niet zomaar overheen. Ga er ook niet vanuit dat een behandeling alles snel ‘oplost’. Vaak gaat het om een langer proces met vallen en opstaan. Door niet te hoge verwachtingen en eisen te hebben, leg je niet te veel druk op de schouders van de ander. Jouw naaste kan (tijdelijk) veranderen door de PTSS. Daar mag je verdrietig om zijn. Probeer te accepteren dat jij niet altijd iets kunt doen. Soms is er voor die ander zijn al genoeg. Het klinkt misschien lastig, maar door de situatie te aanvaarden zoals die is, creëer je ruimte om het van een andere kant te bekijken.
Zorg voor jezelf
Door het zorgen voor jouw naaste, ben je misschien wel geneigd jouw eigen behoeftes minder belangrijk te maken. Niet doen! Bedenk daarbij dat het goed zorgen voor jezelf niet alleen een positief effect heeft op jouw eigen welzijn, maar dat het hierdoor juist beter lukt er voor de ander te zijn. Cijfer jezelf dus niet weg en blijf ook jouw eigen leven leiden. Onderhoud contact met andere mensen en doe leuke dingen waarvan jij energie krijgt en waardoor je ontspant. Ontspanningsoefeningen kunnen hierbij helpen. Ook er af en toe over praten en je hart luchten bij mensen in je omgeving die je vertrouwt, lucht vaak erg op. Stel daarnaast grenzen naar je naaste toe. Geef aan waar je bij kan helpen en waarbij jij dat niet wil of kunt.
Heb aandacht voor kinderen in het gezin
Heb je kinderen en is je naaste met PTSS jouw partner of een ander kind in het gezin? Kinderen merken bijna altijd dat er iets aan de hand is, ook al lijkt dat soms niet zo. Leg ze uit wat er met hun vader/moeder of broer/zus aan de hand is en dat dit niet door hen komt. Uitleg helpt bij het ontwikkelen van strategieën om er goed mee om te kunnen gaan. Probeer het onderwerp bespreekbaar te houden binnen het gezin. Geef aan dat jouw kinderen erover mogen praten en vragen mogen stellen. Het is belangrijk dat kinderen gezien en gehoord worden door de ouders en dat gevoelens er mogen zijn. Zorg er ook voor dat je kinderen genoeg afleiding hebben buitenshuis, weg van de spanning.
Vraag hulp en neem hulp van anderen aan
Als naaste van iemand met PTSS, kan jij ook behoefte hebben aan ondersteuning. Betrek als het even lukt familie en vrienden of gemeenteleden bij de zorg. Heb jij het door de situatie moeilijk? Aarzel dan niet om professionele hulp te zoeken. Maak een afspraak bij jouw huisarts. Hij of zij kan je ondersteunen om op de been te blijven, je adviezen geven over hoe je het beste voor de ander zorgt en je doorverwijzen voor passende hulp als dat nodig is.
Zoek contact met andere naasten
Het delen van ervaringen met andere naasten zorgt meestal voor erkenning en ‘lucht’ om met de situatie om te gaan. Veel mensen vinden het steunend om te ervaren dat ze niet de enige zijn met iemand in hun omgeving met een psychische stoornis. Daarnaast kunnen anderen je misschien wel op weg helpen met de aanpak van problemen: de kans is groot dat een ander iets soortgelijks al eens eerder heeft meegemaakt. Kijk wat het beste aansluit bij jouw wensen. Bezoek een regioavond van Een Handreiking. Via de website Naasten in Kracht, vind je informatie, tips, inspiratie en steun. Vooral van elkaar. MIND Naasten Centraal biedt naast andere vormen van ondersteuning, contactgroepen op veel plaatsen in het land.
Zoek steun bij u in de buurt
Vereniging Een Handreiking organiseert regioavonden in heel Nederland voor naasten van mensen met psychische klachten, ook bij u in de buurt.
Meer stoornissen
Klik op de stoornissen voor meer informatie.
Wilt u Vereniging Een Handreiking steunen?
Uw donatie is meer dan welkom en betekent
heel veel voor dierbaren.